Parijs, zomer 1785. In de stad heerst een grimmige sfeer. Het hongerende volk mort over de decadente levensstijl van Louis XVI en de spilzucht van Marie-Antoinette. De koning probeert zijn greep op het land te behouden door zijn tegenstanders zonder vorm van proces in de Bastille op te sluiten. De Nederlandse schrijfster Belle van Zuylen reist in het geheim af naar deze politieke slangenkuil, op de vlucht voor een onmogelijke liefde. Vanwege aanhoudende fysieke klachten besluit zij haar heil te zoeken bij de even befaamde als omstreden arts en alchemist graaf Balsamo Cagliostro.