In Al die droevige jonge literaire mannen schetst Keith Gessen een liefdevol, maar vaak ook verschroeiend portret van een drietal jongvolwassenen aan het begin van de eenentwintigste eeuw. De jonge schrijver Sam werkt hard aan zijn debuutroman, een zionistisch epos, ook al kan hij niet besluiten of hij nu voor of tegen Israël is. Mark probeert zich te richten op zijn afstudeerproject over de Russische revolutie, maar spendeert al zijn tijd aan het downloaden van porno. Keith, ten slotte, gaat zwaar gebukt onder zijn literaire aspiraties en een gebroken hart. Sinds zijn aanstaande hun verloving heeft verbroken ziet hij zichzelf als een totale mislukking. In deze uitzonderlijk goed geschreven debuutroman legt Keith Gessen vol passie en met bijtende precisie de morele zoektocht van zijn generatie bloot.