In De President vertelt een overijverige ambtenaar het verhaal van Joesoef Ha, beter bekend onder zijn bijnaam De President. Ha is een illegaal en tevens 's lands beste aspergesteker. Door een merkwaardig toeval wordt hij president van een land dat in chaos verkeert. De President rekruteert zijn aspergestekende collega's voor zijn regering, uiteraard tegen een riant salaris. Bijgestaan door onder meer twee sympathieke Polen, een keurige shoarmaboer, een geleerde asielzoeker en een wellustige illegaal, leert hij niet alleen leven met champagne en kaviaar, maar leert hij ook het politieke spel met verve spelen. Macht, opportunisme en nietszeggende interviews: De President draait er zijn hand niet voor om. Hij neemt zijn plotselinge roeping aanvankelijk heel serieus, maar al snel verandert de idealistische, sympathieke president in een échte politicus. Zijn dagen worden bepaald door wantrouwen en angst. Uiteindelijk pleegt hij zelfs twee moorden…