Er broeit wat in Lelystad. Wie is toch de eigenaar van het lot van de Staatsloterij waarop een duizelingwekkende prijs is gevallen? De mare doet de ronde, maar niemand weet er het fijne van. Het zoeklicht strijkt over de woonerven van de polderstad, waar gewone mensen hun hoop op een beter leven niet hebben laten varen en allemaal hun eigen besognes hebben. De weinig succesvolle viltkunstenares verdenkt haar buurman van overspel. Een jongen haalt gevaarlijke spelletjes uit met zijn vriendin. In een godverlaten wijk heeft een hardhorend man een verbeten strijd aangebonden met de overheid. De postbode, de winkelier, de huisvrouw proberen zich met alle macht thuis te voelen in de nieuwe, troosteloze omgeving. Iemand is er met de prijs vandoor. Maar wie? Is het de raadselachtige allochtoon, de angelieke Fransman Jacky, die uit de hemel lijkt neergedaald om op dit ongelukkige stukje aarde troost te bieden? Het moerasgas ontsnapt aan de bodem, de hemel is paars gekleurd. Op sinistere plekken verlustigen bewoners zich aan bloederige hondengevechten. Zoals het onweer op het punt staat los te barsten, is de lucht zwanger van geweld, van radeloosheid. En toch valt er een streep zonlicht over de eengezinshuizen en de mensen van Lelystad. De verstopte stad is een laconieke roman over Nederland aan het begin van de eenentwintigste eeuw.