Wanneer de paus in het jaar 1209 de gelovigen oproept tot een kruistocht tegen de ketters in het zuiden van Frankrijk, trekken drie broers en een neef van het geslacht Poissy ten strijde. Volgens de kronieken sneuvelen twee van hen een paar maanden later tijdens een belegering. Wat de overgebleven Poissy's niet weten is dat de jongste broer Amaury niet is omgekomen, maar verzeild is geraakt tussen de aanhangers van het ketterse geloof. Hij leert Colomba kennen, een jonge Kathaarse die hem de geheimen van haar geloof onthult. Hun prille liefde wordt wreed verstoord door de steeds verder oprukkende kruisvaarders. Ze slaan op de vlucht en worden daarbij geholpen door een raadselachtige Fries. Is hij een vriend of een vijand? En wat heeft Columba zelf te verbergen? De tragedie van deze twee jonge mensen wordt afgeschilderd tegen de achtergronden van de geschiedenis: de kruistocht tegen de Katharen, van de eerste roerige maanden van de invasie in de Languedoc tot en met de belegering van he