In 1945 vertrok Helen Bamber, negentien jaar oud, van Londen naar Bergen-Belsen om daar de overlevenden van de vernietigingskampen te helpen. Sindsdien heeft ze de Medical Foundation of Victims of Torture opgericht en haar leven in dienst gesteld van de zorg voor mensen die door toedoen van anderen ernstige fysieke en psychologische schade hebben opgelopen - van overlevenden van de holocaust en dwangarbeiders aan de Birma-spoorlijn tot slachtoffers van martelingen in Zuid-Afrika, Argentinië, Irak, Iran en Israël. In De vrouw die luisterde vertelt Neil Belton het levensverhaal van Helen Bamber.