Girondo lijdt aan de waan van Montano: als een moderne Don Quichot is hij bezeten van literatuur. Terwijl hij zijn eigen levensverhaal en reisavonturen noteert, wordt hij voortdurende achtervolgd door citaten en beelden van grote schrijvers die hij bewondert: Shakespeare, Verne, Borges, Sebald, Kafka, Pessoa, Gombrowitz en vele anderen. Gaandeweg verandert hij in zijn eigen romanfiguur. Dit kunstige mozaïek is dagboek, roman, essay, reisverhaal en literaire encyclopedie ineen. 'De waan van Montano' is een vergeefs gevecht tegen, maar vooral al ook een loflied op de verleiding van de literatuur.