Vlak voor haar dertigste hoort Anna dat ze een hersentumor heeft. Zonder vals sentiment schrijft ze over haar veranderde bestaan. De zondagsvrouw doet de lezer zowel slikken als schaterlachen. Het is een indringend verhaal, maar door de heldere toon en knappe dialogen is dit geen zwaarmoedig egodocument. In korte, vaak ontwapenende anekdotes schetst Anna Bouman hoe vanzelfsprekendheden wegvallen. Dat is pijnlijk, maar tegelijkertijd blijft ze zich bewust dat haar leven opvallend normaal, en vaak ook gelukkig, verder gaat.