De Deidre-trilogie verhaalt van de jeugd en de rijping van een door de godin Chablasz gedreven jonge vrouw die talrijke beproevingen en successen moet doorstaan om het inzicht in zichzelf te verwerven dat zij in staat zou zijn de wil van de godin te volvoeren. De trilogie, feitelijk een metafoor voor de spirituele ontwikkeling van de mens, is beslist Wim Gijsens beroemdste en meest lovend beoordeelde werk.