Een dichtbundel van Erik Spinoy verhoudt zich tot de rest van het veld als de Aconcagua tot de Catsberg. Zelfs al kan 'Dode kamer' de erg hooggespannen verwachtingen na de tour de force die 'Ik, en andere gedichten' was niet helemaal inlossen, toch bevat de bundel genoeg interessant materiaal om alle concurrentie van tafel te vegen. De bundel bestaat uit drie delen: een afdeling poëtische reisimpressies, een verzameling bespiegelingen bij het intrigerende beeldend werk van de 'Belgische' kunstenares Ann Veronica Janssens en een derde deel met flarden jeugdherinneringen in gedichten gegoten. Pendelend tussen Heule en Luik hadden we een gesprek met Spinoy.