Sommige mensen moet je niet vragen of ze deze week nog iets leuks gedaan hebben. Die hebben namelijk de hele week niks kunnen doen. Oude mensen bijvoorbeeld, die het huis niet meer uit kunnen en die geen familie meer hebben. Een vereniging als Humanitas zorgt ervoor dat deze mensen in elk geval af en toe nog eens bezoek krijgen. Maar dan moeten er wel vrijwilligers zijn. Deze vijfde roman van Selma Parmentier is een eerbetoon aan dergelijke vrijwilligers. Twee studenten besluiten bij Humanitas te gaan werken en komen terecht in een wereld die ze niet kenden. De zaken lopen natuurlijk heel anders dan de vrijwilligers zich hadden voorgesteld. Vooral omdat de grens tussen betrokkenheid en hulpvaardigheid soms moeilijk te trekken blijkt. Zeker als na verloop van tijd blijkt dat waarheid en fictie erg door elkaar kunnen lopen. Op de van haar bekende innemende manier schetst Parmentier een indringende beeld over dit zo belangrijke vrijwilligerswerk. Op sobere wijze beschrijft ze indrukwekkende mensenlevens en vertelt ze over het geheim dat elk mens met zich meedraagt. Net als in haar andere romands baseert Parmentier zich op waar gebeurde verhalen.