Drie trieste tijgers is het magnum opus van Guillermo Cabrera Infante, de Cubaan die na de coup van Fidel Castro zijn vaderland verliet en zich in Engeland vestigde. Volgens een autobiografische notitie ontdekte hij pas na zijn vertrek uit Cuba een aantal van zijn liefdes, zijn obsessies, zijn thema's: Havana, het Engels, de literatuur, het dialect van zijn stad, de vrouwen van Havana, de matinees in de bioscoop, total music, autoritjes en 'ook de nostalgie en de nacht'. De nacht vervult de hoofdrol in deze roman, die zich afspeelt aan de vooravond van de Cubaanse revolutie, toen Amerikaanse toeristen het nachtleven van Havana nog beheersten. Alle verhaalde nachten smelten samen in één enkele, lange nacht van het boek, waarin het uiteindelijk, langzaam en onthullend, licht wordt. De helden van het boek zijn de nostalgie, de literatuur, de stad, de muziek en de nacht en, af en toe, die hedendaagse kunstvorm die dit alles in zich lijkt te verenigen: de film. De enige schurk is het verraa