Nadat Siv haar man heeft betrapt met een andere vrouw, aarzelt ze niet. Ze verlaat hem, gaat op het platteland wonen in het huis van haar onlangs overleden tante, vindt een baan en begint aan een nieuw bestaan. Op een dag komt een jonge collega in de leerlooierij om het leven door een val in een vat chemicaliën. Siv vermoedt dat het geen ongeluk is. De jongen heeft namelijk wel eens gezinspeeld op het nazistische verleden van de fabriekseigenaar. Siv ontdekt vervolgens dat haar tante tijdens de Tweede Wereldoorlog betrokken is geweest bij verzetsdaden, en dat ook háár dood mogelijk geen natuurlijke oorzaak heeft.