Krishnamurti was een bescheiden man, gebruikte zelden het woordje 'ik', duidde zichzelf aan als 'de spreker' of als 'wij', waarmee hij soms de indruk kon wekken dat hij namens een groep sprak, terwijl dat beslist niet het geval was. Hij wilde met zijn toespraken elk van zijn luisteraars persoonlijk aanspreken, hij wilde een gesprek met ze voeren, een gesprek als tussen twee vrienden, Zoals hij het toen in Amsterdam zelf uitdrukte: 'als twee vrienden die op een mooie dag op een bank in het park zitten te praten over het leven'. Maar Krishnamurti was wel een vriend die zijn gesprekspartners onomwonden de waarheid zei. Niet ten onrechte werd hij wel aangeduid als de belangrijkste beeldenstormer van de twintigste eeuw. De beelden die hij bestormde zijn de naar zijn inzicht verstarde denkbeelden en meningen waarmee de mens zich heeft verschanst in een burcht van beperkende regels en systemen, die er vooral op gericht zijn het eigenbelang veilig te stellen. Dit boek is een herziene editie.