In het begin van de negentiende eeuw waren er nauwelijks Europese koloniën. Van het eens zo trotse Spaanse wereldrijk was in 1815 niet veel meer over. De Portugese bezittingen beperkten zich na verlies van Brazilië voornamelijk tot Afrika. Er was maar één koloniale macht van betekenis: Engeland. Aan het eind van de eeuw was de situatie heel anders. Frankrijk bezat een immens wereldrijk. België heerste over de Kongo. Ook Duitsland en Italië hadden koloniale bezittingen verworven. Engeland regeerde over een kwart van de wereldbevolking. De Nederlandse heerschappij over Nederlands-Indië werd aan het einde van de negentiende eeuw voltooid. Met recht kan de negentiende eeuw dus Europa's koloniale eeuw worden genoemd. In Europa's koloniale eeuw beschrijft de bekende Leidse historicus H.L. Wesseling op meesterlijke wijze de verovering, inbezitneming en exploitatie van de koloniale gebieden en de samenlevingen die er ontstonden. Hij laat zien hoe groot de invloed van de Europese landen in hun koloniën was. Met Europa's koloniale eeuw heeft H.L. Wesseling een even monumentaal als meeslepend boek geschreven over een uiterst belangrijk aspect van de Europese geschiedenis.