In het koor van de Joriskerk schildert Matthias Withoos, geassisteerd door zijn kinderen en twee andere leerlingen, het grote Gezicht op Amersfoort. Tegelijk met Alida's liefde voor het schildersvak groeit haar liefde voor de begaafde medeleerling Jasper van Wittel. Hun samenzijn wordt wreed verstoord door de dramatische gebeurtenissen van het rampjaar 1672. Jasper vertrekt naar Italië en via zijn brieven leert Alida het leven kennen van de beruchte Bentveughels, de Nederlands-Vlaamse schildersvereniging in Rome. Terwijl Jasper furore maakt als Gaspare Vanvitelli ontwikkelt Alida zich tot een gerenommeerd schilderes. Door haar vriendschappen met zelfbewuste vrouwen als Agnes Block en Maria Sybilla Merian gaat ze haar leven in een ander licht zien.