Lucas, een jonge dienstplichtige soldaat uit een dorp aan de Peelrand, krijgt van de aalmoezenier te horen dat zijn meisje zwanger is. Zij zal naar een tehuis voor ongehuwde moeders in Heerlen worden gestuurd en haar kind voor adoptie moeten afstaan. Lucas mag haar niet meer ontmoeten. Kwaad over het onrecht dat hem wordt aangedaan gaat hij naar Antoon Coolen, wiens bewogen boeken over de Peelwerkers hij gelezen heeft. Lucas vraagt de schrijver een boek te schrijven over wat hem is overkomen. Ze praten veel en corresponderen, maar Coolen is moe en teleurgesteld in de mensen, vooral omdat de collaborerende Brabantse grootindustriëlen na de oorlog niet werden berecht. Geïnspireerd door de gesprekken met de jonge soldaat begint hij aan een boek dat de waarheid over de collaboratie aan het licht moet brengen. Lucas komt met het leger in Frankrijk terecht. Daar leest hij de boeken van Emile Zola en hij neemt zich voor om na zijn dienstijd met zijn meisje en kind naar Parijs te vluchten. Het