In oktober 1991 reist Lisette Lewin per spoor naar het Poolse Gdansk, waar ze haar vader zal ontmoeten. Van 1918 tot 1924 woonde Kurt Lewin daar, in 'de parel aan de Oostzee', toen nog Dantzig geheten. Samen zoeken ze het woonhuis op van Kurts vader, de warenhuisdirecteur. Het dramatische overlijden van deze intrigerende Lebemann maakte een abrupt einde aan een beschermde jeugd.Gebruikmakend van haar vaders geschreven herinneringen aan zijn kindertijd, vertelt Lisette Lewin van hun reis naar het verleden en over eerdere reizen naar Berlijn en New York. Liefdevol, soms humoristisch, portretteert ze haar niet weg te cijferen vader, zijn opmerkelijke Werdegang, en hun omgang met elkaar. Zo werd dit boek een hommage, maar geen heiligverklaring.