Maarten van den Berg (1970) is taxichauffeur of, zoals hij het zelf noemt, “ruiter van de stad”. Zijn ervaringen met “jachtige uilen” en “stads- matrozen” en zijn overpeinzingen achter het stuur heeft hij uitdrukking gegeven in een reeks fascinerende gedichten, waarin zowel het harde leven van de stad in de 21ste eeuw als fascinatie, ontroering en heimwee hun plaats en samenhang hebben gevonden.