Het aantal studies over allerlei deelonderwerpen van het nazitijdperk (1933 – 1945) is enorm groot. Maar miniem is het aantal boeken dat probeert greep te krijgen op die ongelooflijke twaalf jaar als geheel. Michael Burleigh doet het in Het Derde Rijk. Hij brengt de hele ellende van de politieke terreur van die tijd scherp in beeld en maakt duidelijk dat die terreur vanaf het allereerste ogenblik, eind januari 1933, stelselmatig werd ingezet: de concentratiekampen, de gedwongen sterilisaties, de euthanasie, de migratie van miljoenen mensen, de vervolging, de massamoord - terwijl de meerderheid van de Duitsers een enorme, bijna religieuze bewondering bleef koesteren voor het nazisme en vooral voor de verpersoonlijking ervan, Adolf Hitler. Burleigh brengt niet alleen de terreur in kaart, maar besteedt ook ruim aandacht aan de gevolgen ervan voor de slachtoffers, én aan de mensen die zich in woord en daad bleven verzetten, de 'eilandjes van menselijkheid in een zee van bloedvergieten en onverschilligheid'.