Door de jaren heen heeft Kees van Kooten verslag gedaan van zijn hilarische huiselijk leven, en dieren zijn hier onlosmakelijk mee verbonden. Varkens, reigers, honden, poezen, en het eerste kleinkind de hamster, ze hebben allemaal een dierbare plaats in het ontroerende en grappige oeuvre van de onuitputtelijke taalvirtuoos. Met het verhaal 'Willem', het verslag van de laatste dagen van 'de niet helemaal zuivere, langharige herder, de hond waarmee je gezien kon worden', heeft Van Kooten vele harten geraakt. En de evergreen 'Poezen eigen deurtje' doet iedere lezer en luisteraar – het verhaal is ook te horen op de Zoem-uitgave Greatest bits – onherroepelijk en steeds opnieuw in de lach schieten.