Zoals Umberto Eco in zijn wereldsucces De naam van de roos de Middeleeuwen tot leven wekte, voert hij ons hier op magistrale wijze binnen in de zeventiende eeuw, het tijdperk van de barok, van kuiperijen en machinaties die verhuld worden door wellevendheid en galanterie. Het tijdperk ook waarin de eerste moderne wetenschappelijke ontdekkingen nog hand in hand gingen met de fantasie en de speculaties van eerdere eeuwen, waarin geleerde verhandelingen nauwelijks te onderscheiden waren van romans, en uitvinders meer geleid werden door wat mogelijk zou moeten zijn dan door wat mogelijk was. In Het eiland van de vorige dag is de meesterhand van Eco onmiskenbaar aanwezig. Het is een meeslepende avonturenroman, een kruising tussen Robinson Crusoe, Muiterij op de Bounty en De drie musketiers, vol onbeantwoorde liefde en jaloezie, tegenslagen en redding, spionage en suspense. En Eco zou Eco niet zijn als hij er niet op onnavolgbare wijze in was geslaagd deze avonturenroman te situeren in het overweldigende historische decor van het zeventiende-eeuwse Europa. 'Als ik nu zou worden verbannen naar een onbewoond eiland en slechts één boek mee mocht nemen, dan zou dat Het eiland van de vorige dag zijn.' HET PAROOL