Cathy is een dokters-assistente in een ziekenhuis. Als ze daar op een dag Mark ontmoet, is ze meteen stevig verliefd. Mark, vrachtwagenchauffeur van beroep, is opgegroeid in een lager sociaal milieu dan Cathy. Bovendien moet hij niets van kerk en godsdienst hebben, terwijl zij wèl kerkelijk meelevend is. Haar ouders vinden Mark dan ook een minder goede partij voor haar en hun kritiek op hem leidt tot een breuk met de jongelui. Cathy en Mark trouwen en krijgen binnen enkele jaren twee leuke dochtertjes. Toch valt het huwelijk Cathy niet altijd mee: Mark is vanwege zijn beroep vaak van huis: ze vindt het wonen met twee kleine kinderen in een flat zonder lift een ramp en verlangt hevig naar een huisje met een tuin. En houdt Mark eigenlijk wel veel van zijn dochtertjes of overheerst in zijn hart het verlangen naar een zoon? Gelukkig vindt Cathy voor haar problemen altijd een luisterend oor bij hun jonge wijkpredikant. Zo groeit er, tot ergernis van haar man, een speciale band tussen die tw