'VERDOMD,' ZEGT WILLEM KLOOS, 'WE ZITTEN IN EEN HISTORISCHE ROMAN.' Amsterdam 1886. Domela Nieuwenhuis predikt het socialisme, de Tachtigers maken revolutie in de literatuur, de actrice Theo Bouwmeester brengt seks op het toneel en een middagje palingtrekken op de Lindengracht loopt uit op een bloedbad. Een nieuw levensgevoel breekt door, dat het Amsterdam van die tijd maakt tot de kraamkamer van het moderne Nederland. We volgen rechercheur Schubart, belast met het in de gaten houden van de socialisten, zijn vrouw Alida, kleedster van Theo Bouwmeester, de dief Bambolin en de fabrieksarbeidster Truitje Moos. We horen de Tachtigers in het café commentaar geven op de actualiteit, maken het Palingoproer mee, zien Breitner fotograferen en zijn getuige van een aanslag met een helse machine. Het Palingoproer schetst een levendig beeld van het toenmalige Amsterdam, en is zowel een historische als een psychologische roman, maar bovenal is het een meeslepend, spannend verhaal. 'Ik hou enorm van Schoutens onderkoelde toon. De wereld die hij ermee creeërt is me dierbaar.' - Peter Buwalda Martin Schouten (1938) publiceerde achttien boeken, waaronder het met de Mediaprijs van de gemeente Amsterdam bekroonde Kleur, het inmiddels onvindbare jazzboek Billie en de president, de veelgeprezen biografie van Rinus van der Lubbe en vijf romans. Hij was verslaggever bij Algemeen Handelsblad, NRC Handelsblad, de Volkskrant, Haagse Post en HP/De Tijd. Over Schoutens vorige roman, Het meisje met het hoofddoekje, schreef de pers: 'Martin Schouten, allround schrijver en jazzliefhebber, verweeft alle gedachten op coole, onpathetische toon tot een meerstemmige improvisatie op het thema Nederland na de moord op Theo van Gogh.' Trouw Over Zelfportret als neger: 'Martin Schouten schrijft zo voortreffelijk dat je hem soms maniërisme wil verwjjten.' PZC