David Van Gysel groeide op zoals zo veel jongens. Hij hield van wagens, strips, komische films, muziek uit de jaren '60 en '70, zijn hond en motorfiets. Na zijn studies aan de hotelschool koos hij voor een carrière bij De Post. Die verliep uitstekend, tot hij op het postkantoor van Wezembeek-Oppem terechtkwam. De sfeer zat duidelijk niet goed en alledaagse plagerijen ontaardden in regelrechte pesterijen, waardoor hij zijn taken niet meer normaal kon uitvoeren. David kreeg stress en vroeg tevergeefs steun bij de postmeester en de vakbond. Ook fysiek begon hij klachten te krijgen. Maar de pesterijen hielden niet op. David zag slechts één uitweg.