In Het zere been scherpt Anneke Brassinga haar beeldende en taalgevoelige pen aan tal van grote en kleine onderwerpen: de wuivende bomen voor haar raam, staatsloten en letters eten, maar ook het werk van auteurs van de achttiende eeuw tot heden. Anneke Brassinga houdt deze en andere thema's onder het brandglas van haar heldere en eigenzinnige blik. Dat levert prachtig proza op, afwisselend serieus en lichtvoetig, luchtig en ingetogen. De rode draad wordt gevormd door het lot, de vrijheden en benardheden van het leven én van de literatuur.