Als Lotte elf jaar is, wordt ze smoorverliefd op haar buurjongen, de muziekstudent Jurriaan Houtkoper en grote broer van haar vriendinnetje Jettie. In de Haagse buitenwijk is ze bij de Houtkopers, een muzikaal gezin, bijna dagelijks over de vloer. Naderhand komt ze hem nog maar sporadisch tegen. Zijn aanvankelijk succesvolle carrière als fluitist loopt spaak en hij begint over de wereld te zwerven. Jaren later komt de reislustige Lotte hem toevallig in Thailand op het spoor. Nog steeds door hem gefascineerd begint ze hem geregeld op te zoeken, ook in Cambodja. Met lede ogen ziet ze toe hoe haar dierbare, wereldvreemde jeugdvriend zichzelf te gronde richt.