Huize Jalna is te beschouwen als de hoeksteen van het imposante bouwwerk waartoe de kroniek van de familie Whiteoak is uitgegroeid. De schrijfster stelt hierin aan ons voor de standhouders van de familie: Adeline, de in die tijd "omstreeks 1850" impulsieve en vurige jonge vrouw van de knappe Fillips Whiteoak, voorheen kapitein bij het Engelse leger in het toenmalige Brits-Indië. Nadat Fillips van een oom een groot landgoed in Canada had geërfd, verkocht hij zijn officiersplaats en ging hij met vrouw en dochter op weg naar het nieuwe land, een nieuwe toekomst tegemoet, en ook die weg ontmoeten de lezers de familie. Eerst brachten de Whiteaoks nog een uitgebreid bezoek aan Engeland, als afscheid van de beschaving, en vervolgens bereikten zij na een spectaculaire overtocht over de oceaan het prachtige, uitgestrekte en ongerepte land aan de kust van het Ontario-meer. Gedurende de bouw van hun huis, Jalna, wonen de Whiteoaks bij hun toekomstige buren, hetgeen aanleiding geeft tot talrijke verwikkelingen. Deze verwikkelingen, die zo karakteristiek zijn voor de familie, nemen nog toe wanneer bij feestjes en kennissenkring zich uitbreidt. Maar door een onstuimige aanhankelijkheid en een droge en vaak onverwachte humor nemen zij ieder die met hen in aanraking komt, voor zich in. Met haar vaardige pen en met een zweem van ironie brengt Mazo de La Roche haar personenzó tot leven dat de Whiteoaks ook de moderne lezers en lezeressen blijvend kunnen boeien.