De brieven van Petrus en Judas behoren tot de meest raadselachtige geschriften van het Nieuwe Testament. Niemand weet wanneer of door wie ze geschreven zijn. De brieven lijken met elkaar in verband te staan: de tweede Petrusbrief noemt de eerste, en de brief van Judas lijkt er weer een samenvatting van, maar kan ook, omgekeerd, als bronmateriaal hebben gediend. Het meest raadselachtige van deze brieven is hun inhoud. Ze staan alle drie in het teken van het einde der tijden. Elk op hun eigen wijze geven zij voorstellingen van "de laatste dagen" en roepen zij mensen op hun leven naar die eindtijdverwachting in te richten. Hun eenheid is het sterkst in de wijze waarop zij de continuïteit van de traditie rond Jezus Christus waarborgen. Hiermee is tevens het bijzondere karakter van dit boek in de serie "Belichting van het bijbelboek" gegeven. De auteur laat zien dat de brieven in een samenhang staan en heel goed binnen één kring of gemeenschap van schrijvers kunnen zijn ontstaan, namelijk de petrinische school. In de reeks "Belichting van het bijbelboek" laten vakexegeten hun licht schijnen over telkens een compleet bijbelboek. Zij presenteren de stof op prettig leesbare en begrijpelijke wijze voor pastores, predikanten, catecheten en andere geïnteresseerde bijbellezers. In de reeks verschenen reeds zesentwintig delen. Dr. mr. Patrick Chatelion Counet is docent exegese aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Hij publiceerde John, a postmodern Gospel (Brill, Leiden 2000) en samen met Sjef van Tilborg Jesus appearances and disappearances in Luke 24 (Brill, Leiden 2000). Zijn polemische visie op de theologie van Paulus vindt men in Paulus bij Berendse & Van der Stadt. Romeinse meesterspion of joodse mysticus (Meinema, Zoetermeer 2004).