Enkele jaren geleden zag de ontwikkelingspsycholoog Dolph Kohnstamm een gefilmd interview met Jung. Deze vertelde hoe hij als elfjarige, op weg naar school, een plotseling inzicht kreeg. 'Het was net alsof ik (tot die dag) in een mist gelopen had en ik stapte eruit en ik wist: ik ben'. Over dit doorbreken – in de kinderjaren – van een plotseling bestaans- en zelfbesef: 'ik ben' en 'ik ben ik' vond Kohnstamm in de literatuur slechts één artikel, uit 1962, geschreven door de Amerikaanse filosoof Spiegelberg. Deze citeerde ook enkele ervaringen die voorkomen in romans en autobiografieën uit de wereldliteratuur. Kohnstamm besloot meer van zulke fascinerende plotselinge inzichten te gaan verzamelen. In dit boek worden van 'gewone' Nederlanders hun unieke en overweldigende herinneringen geordend naar soort en in een ontwikkelingspsychologisch kader gezet.