In het oude Egypte brandt een verborgen strijd los. Tijdens een begrafenisritueel wordt de moeder van Ini gedood door slangenbeten. Met haar bloed schrijft ze de woorden Sef (gisteren) en Dua (morgen) op de vloer van de grafkamer. Als Ini een vrouw is geworden komt ze erachter dat haar moeder een dubbelleven leidde en is vermoord. Dan blijkt dat de moord alles te maken heeft met een complot op de farao. Een mysterieuze man met zijn trompet speelt een valse rol. Niets blijkt te zijn wat het lijkt. Ini treedt in de voetsporen van haar moeder en gaat op zoek naar haar moordenaar. De strijd tussen goed en kwaad ontbrandt.