Wat moet zo'n wurm nog een hoop leren. Dat denk ik vaak, als ik naar mijn kleinkind kijk. Seth en ik hebben veel gemeen. We verwonderen ons samen over de wereld om ons heen. Hoor, de ganzen roepen: Ga mee! Ga mee naar Afrika! 'Ik kan niet vliegen,' zegt Seth meteen teleurgesteld. En ik heb altijd gehoopt dat ik op een dag een aanloopje zou nemen, en dan… Ik word vrolijk van hem. Hij vertedert me. Ik kan ontzettend om hem lachen en me enorm aan hem ergeren. Soms word ik zelfs woest. Ik denk dat hij mij ook zo ziet. Dat ie soms denkt: Rare oma... Dan denk ik: Apart kleinkind... Maar bovenal is er de verwondering. En daar herkent iedere grootouder zich in.