Wanneer de hoofdpersoon van Beesten op een dag op straat loopt, ziet hij een dode muis liggen, en vanaf dat moment gaat alles verkeerd. Beesten vertelt het ontregelende verhaal van een tekenaar die ineens niet meer kan tekenen, van de plotselinge en onverklaarbare ineenstorting van zijn leven, en de daarop volgende hardnekkige zoektocht naar een plaats om tot bezinning te komen. Maar die plaats is niet gemakkelijk te vinden: hij wordt omgeven door gebouwen waar het spookt, door kunstenaars en kapitalisten, door schrijvers en actrices die een wel heel bijzondere band met de werkelijkheid hebben, en door een volkomen kunstmatige stad waar de inwoners even angstvallig als vergeefs alles onder controle proberen te houden. Er verschijnen steeds meer barsten in de façade, en overal duiken beesten op. Beesten is een verontrustende en beestachtig grappige roman over liefde en paranoia. Het is een literair hoogstandje van een van de meest interessante en bekroonde Ierse auteurs van deze tijd, even vernieuwend en provocatief als de boeken van Houellebecq en Murakami.