Het passeren van de evenaar maakt de meest bezadigde journalist tot een heethoofd, schreef een Indische krantenman in 1888. Het karakteriseert de wijze waarop de journalist reageerde op de verwaarlozing van de kolonie, waar de pers de enige uitlaatklep was van de publieke opinie. Strijdvaardig en vaak zeer geëmotioneerd, ontwikkelde zij een manier van schrijven die, pedis als sambal, de 'tropenstijl' werd genoemd. Omdat vrijheid van drukpers ontbrak, waren hevige botsingen tussen kranten en gouvernement schering en inslag.Functionerend in relatief kleine gemeenschappen, hadden Indische kranten een sterk persoonlijke band met hun lezers. Zij vormen daarom een bijzondere bron van informatie over de 'histoire intime' van de Europese samenleving, over de relaties tussen 'volbloeds', Indo-europeanen en inheemsen, kortom over de sociale geschiedenis van de vroegere kolonie. Sommige kranten hebben ook bijgedragen aan de emancipatie van de Indo-europeaan.De Indischgasten hadden een onuitputtelijke behoefte aan afleiding en amusement en de kranten speelden daarop in. Hun Indische literaire feuilletons zijn het fundament geweest voor de Indisch-Nederlandse letterkunde.Een werk als dit is nooit eerder geschreven. Het is gebaseerd op de kranten zelf, en geeft behalve een geschiedenis van de Indische pers een schat aan informatie van koloniaal-politieke, sociale en culturele aard. Het beslaat de periode vanaf 1744 (dan verschijnt het eerste krantje) tot omstreeks 1905, wanneer zich een in velerlei opzichten nieuwe fase aankondigt in de kolonie. Dit boek vormt daarom een min of meer afgerond geheel. Alle in deze periode verschenen kranten - ongeveer zeventig - zijn in hun hoofdmomenten beschreven, en hebben bovendien een 'bibliografisch profiel' gekregen.