Dit boek beschrijft de bekering van 25 min of meer bekende Nederlanders. Zij verloren het geloof van hun jeugd en kozen nieuw geloof. De een deed het aarzelend, zoals A.J. Koejemans, de communist die zich liet dopen, maar die de primeur van zijn overlijden aan het communistische dagblad de Waarheid gunde. De ander deed het vol overtuiging, zoals Philippus van Ronkel, de jood die dominee werd en op zijn sterfbed de dokter heenzond met de woorden: 'Waarom wilt gij mij opknappen? Laat mij niet terug, laat mij naar mijn Jezus gaan.'