In Spanje begon de burgeroorlog (1936-1939) als een gevecht tussen de linkse onderklasse en de rechtse elite, maar hij culmineerde in een oorlog waarbij alle Europese grootmachten betrokken raakten. De Spaanse Burgeroorlog functioneerde als oefenterrein voor andere naties en kondigde met zijn moderne wapenvoering en intense vervolgingspraktijken een nieuwe manier van oorlogvoering aan. Paul Preston analyseert de frontgevechten en de maatschappelijke gevolgen van de revolutie. Hij traceert de opkomst van Francisco Franco's wrede, fascistische dictatuur en onderzoekt hoe de burgeroorlog een voorbode kon zijn van de Tweede Wereldoorlog.