In 'Kleine oorlog' vertellen de kinderen van toen, over hun lotgevallen in de bezettingsjaren, over hun familie, de straat waarin zijn woonden, hun vriendjes en vriendinnetjes, de school, en over verenigingen waar ze al dan niet lid van waren. Veel in hun omgeving veranderde, voor sommigen min of meer geruisloos, voor anderen dramatisch, al naar gelang het milieu waaruit ze kwamen en afhankelijk van de keuzes van hun ouders. Kinderen kunnen goed observeren, en het is dan ook merkwaardig dat er binnen de geschiedschrijving zo weinig een beroep wordt gedaan op hun getuigenissen. Juist kinderen missen vaak de vooringenomenheid en het medeverantwoordelijkheidsgevoel die volwassenen er nogal eens toe brengen de waarheid geweld aan te doen of zelfs te verdringen.