Carthusian Cockroft, componist op leeftijd en societyfiguur, woont in een bouwvallig huis op het Italiaanse platteland met zijn eeuwig trouwe Timoleon Vieta - een straathond met de mooiste ogen ter wereld. Om zijn eenzaamheid te verlichten probeert Cockroft jongemannen te versieren door ze gratis kost en inwoning aan te bieden. Wanneer een knap maar nors sujet - slechts bekend als De Bosniër - onverwacht het aanbod van de bejaarde man aanneemt, komt de relatie tussen Timoleon Vieta en zijn baas onder druk te staan. Tijdens een trip naar Rome wordt de hond bij het Colosseum achtergelaten. Onverschrokken begint de hond een lange, avontuurlijke terugtocht naar zijn baas. Onderweg naar huis flitst Timoleon door de levens van mensen: mensen met gebroken harten, geknapte zinnen en geknakte geesten.