In 1830 kiest de Belgische grondwetgever weliswaar voor de erfelijke monarchie, maar door de ministeriële verantwoordelijkheid legt hij de Koninklijke macht aan banden. De eigenlijke uitvoerende macht berust namelijk bij de regering, die politieke verantwoording is verschuldigd aan het verkozen parlement. Hoe evolueerden de macht en de invloed van de vorst van Leopold I tot en met Albert II? Dat is de kernvraag in dit boek. Als de macht van de koning via democratisering en particratie geleidelijk afneemt, vermindert dan ook zijn invloed? Hoe stonden de koningen tegenover regering en parlement? Deze en andere vragen beantwoordt Mark Van den Wijngaert in een chronologisch overzicht van 1831 tot heden.