Alfred Schaffer opent in Kooi de ruimte achter onze herkenbare werkelijkheid. Deze wordt gedomineerd door het klassieke drietal liefde, ziekte en dood. Dit is poëzie over geheimen en onzekerheden. Over de onmogelijkheid elkaar te regisseren. En over ‘De Ander’, eenvoudig te verwarren met ‘Ik’. Kooi is een sobere dichtbundel, vol tijdelijke waarheden. ‘Daar gaat de wekker. We zijn live.’