Er waren er, die in donkerheid en diepe duisternis zaten, gebonden in ellende en ijzer. Toen riepen zij tot de Here in hun benauwdheid, en Hij verloste hen uit hun angsten; Hij voerde hen uit donkerheid en diepe duisternis en verscheurde hun banden. Dat zij de Here loven om zijn goedertierenheid en om zijn wonderen aan de mensenkinderen, omdat Hij koperen deuren heeft verbroken en ijzeren grendels verbrijzeld. Psalm 107:10, 13-16 Koperen deuren vertelt het verhaal van een vrouw die verstrikt is geraakt in een web van angsten en dwanggedachten. Is er een uitweg uit de angsten? Wie is de Here in dit alles? Ze worstelt met de toe-eigening van het heil: als God redding en vergeving biedt, is die redding en vergeving dan ook voor haar? De auteur wil de lezer die deze worsteling herkent aanmoedigen om op zoek te gaan naar een ontmoeting met God. Gerda van Hemert-Timmermans (1961) verweeft in dit fictieve verhaal autobiografi sche ervaringen. Ze is werkzaam als pastoraal therapeut. Eerder verscheen van haar hand: Een kleine jongen, waarin zij beschrijft wat er met haar en haar gezin gebeurde toen haar tweeënhalfjarig zoontje Huib overleed.