Hitler kwam aan de macht dankzij de steun van de traditionele elites, vooral die van de grote industriëlen. Duitslands big business werkte nauw samen met Hitlers regime en profiteerde van zijn oorlogspolitiek. Het derde Rijk was een hel voor de gewone mens, maar een paradijs voor het grootkapitaal. Ook in andere landen snakte big business naar de komst van een 'sterke man'. In Frankrijk bijvoorbeeld, in België en in Nederland. En ook in de Verenigde Staten, waar de grote bedrijven dankzij Hitler grof geld verdienden met de export van brandstof en rubber naar nazi-Duitsland. Nog meer winst leverden hun filialen in Duitsland zelf, zoals de Fordfabriek in Keulen, waar oorlogsmaterieel voor de nazi's werd geproduceerd.