Voor een detective begint het boek nogal vreemd: de hoofdpersoon ontmoet in de trein naar de grote stad een steenrijke dwerg en een opzichtig geklede apin. Vervolgens krijgt de lezer een geestige verhandeling voorgeschoteld over de ware betekenis van miskende woorden. En als de held dan op het spoor van een vermeende seriemoordenaar wordt gezet, ontmoet hij vooral figuren die hem iets over het verleden te zeggen hebben, het verleden van de stad vooral, die tegelijk wel en niet Istanbul is. Over de boodschappenjongens nemen de onzekerheden voornamelijk toe: zijn het wel mensen, zijn ze misschien gekloond, zijn ze eigenlijk wel vermoord? Moord op de boodschappenjongens is een sprankelend, verwarrend en caleidoscopisch beeld van een grote stad met een rijk verleden, en van de verwoede pogingen daarin een manier van leven te vinden.