Frenk der Nederlanden (1959) schrijft in Het Parool een dagelijkse kroniek over Amsterdam. Hij portretteert daarin niet alleen wijken, pleinen en straten, maar vooral ook de mensen die hij er ontmoet, van fietskoeriers tot verzetshelden en van stadssjamanen tot hangjongeren. Hij licht tegels, hij ergert zich, hij belijdt zijn liefde voor het werelddorp Amsterdam. Van de duizend stadskronieken die Frenk inmiddels schreef, zijn er in dit boek 101 gebundeld. Bij elkaar vertellen ze het verhaal van een stad vol humor en rumoer.