Hilarische verhalen over de beslommeringen van alledag. De zoons bleven bellen. 'Laat ons alsjeblieft weten als het erger wordt, we komen ogenblikkelijk om de boel droog te zetten!' Ik keek uit het raam: het water in de Kalenbergergracht stond bijna aan de rand van de houten beschoeiing. Aan de overkant, bij de huizen zonder houten wal, spoelde het over de kant de tuin in en langs de Wetering stonden alle tuinen blank. Mijn rozentuintje leek een zwembad, ook de walnotenboom stond met zijn voet in het water. In de halfhoge kelder stond het vloertje blank, maar `dat is gewoon grondwater', luidde de mening van de kenners. Tot zaterdagmiddag had ik de tijd om een beslissing te nemen: Gods water over Gods akker en in mijn achterhuis laten spoelen? Of het zekere voor het onzekere kiezen en maar vast beginnen alle hoeken uit het achterhuis naar een hogere plek te transporteren... Om kwart voor tien belde er nog een zorgzame zoon: 'Zal ik toch maar komen?' 'Neu... ik red het wel!' riep ik dapper en sleepte dóór met de boeken.