Hoewel ze intussen wel het een en ander van hem gewend waren, wist Louis Paul Boon in 1956 toch weer heel wat critici te doen gruwelen met zijn roman Niets gaat ten onder. Het is de geschiedenis van de technische school Constructa, waar achter de schermen een genadeloze strijd om de macht wordt gevoerd. Intriges, manipulatie en bedrog zijn er de regel. En achter een facade van burgerlijk fatsoen woekeren ontucht en seksuele perversies. In deze mondo cane lijkt Frans Ghoedels lang de enige onschuldige te zijn.