Van 1973 tot 1977 was dr. J.M. (Joop) den Uyl minister-president van het 'meest progressieve kabinet' dat Nederland ooit heeft gekend. Het 'rode kabinet met de witte rand' lanceerde het ene hervormingsvoorstel na het andere terwijl de samenleving kolkte van op verandering gerichte energie. In de psychiatrische inrichting Dennendal kwamen de gekken aan de macht, Den Uyls echtgenote voerde actie om de abortuskliniek Bloemenhove open te houden, tot ontzetting van vicepremier Van Agt, die een tweede kabinet-Den Uyl zou blokkeren. Den Uyls kabinet kreeg bovendien nog te maken met een zware oliecrisis en met de Lockheedaffaire. Wie was die nogal slordig ogende man die gehuld in wolken van sigarenrook tot diep in de nacht kabinetsvergaderingen voorzat? Anet Bleich schetst een subtiel, kleurrijk portret van Joop den Uyl, die van een tobberige, streng gereformeerde jonge idealist uitgroeide tot het symbool van de jaren zestig in Nederland. De socialistische politicus was in zijn tijd en ver daarna een controversiële figuur, die zowel bewondering als haat opriep. Hij hield van debatteren en van literatuur. Hij was een toegewijde, zij het meestal afwezige huisvader. Hij was vermoeiend en onvermoeibaar. Maar bovenal was hij een democraat die de politiek dicht bij de mensen wilde brengen. Al deze en andere facetten wordenbeschreven in de eerste grote en indringende biografie van Joop den Uyl.