In de tuin van een verlaten huis wordt het lijk van een man gevonden. Als hoofdcommissaris Mona Seiler van vakantie terugkomt, is de identiteit van het slachtoffer al bekend: Het is Thomas Belolavek, de eigenaar van een softwarebedrijf. Van zijn vrouw Karin en hun dochter Maria ontbreekt elk spoor. En ook een motief voor de moord is niet te vinden: de Belolaveks lijken een geliefd en voorbeeldig gezinnetje te vormen.