Muziek is abstract, wiskundig, woordloos en beeldloos. Tegelijkertijd is zij een gids die ons binnenvoert in een geheimzinnig rijk van emotie en vervoering, waar wij naar het woord van Schopenhauer niet het leven zelf maar wel de essentie van het leven vinden. Muziek is ook zelf levend. Vervliegend in de tijd kan ze ons niet anders boeien dan door de opeenvolging, dat wil zeggen, de indruk van het voorbije, de verrassing van het actuele en de verwachting van wat nog komen gaat. In een aantal essays belicht de auteur wijsgerige, historische, culturele, esthetische en theoretische aspecten van het fenomeen muziek. Geen luistergids in de trant van: 'Welke cd's draait de schrijver in de avonduren', maar wel een fascinerende poging om de vinger te leggen op wat muziek in essentie is.