Over de joodse werkkampen tijdens de Tweede Wereldoorlog is maar weinig geschreven. Des te opzienbarender zijn dan ook de herinneringen en vooral de tekeningen en aquarellen van Ies Jacobs, die eerst als dwangarbeider en vervolgens als onderduiker de oorlog heeft overleefd. Ies Jacobs werd begin 1942 tewerkgesteld als dwangarbeider in Drenthe. In de zomer van dat jaar, toen deportatie naar Westerbork dreigde, wist hij met een barakgenoot het werkkamp te ontvluchten. De rest van de oorlog heeft hij als onderduiker op diverse adressen doorgebracht, vaak in barre omstandigheden. Hij verbleef in hutten, op zolder- en achterkamertjes en zelfs in een met planken en plaggen afgedekte kuil. En al die tijd schreef en tekende hij. Het hoogtepunt van Overleven een kunst zijn ongetwijfeld de 'Kampflitsen': zo'n dertig ingekleurde pentekeningen die Jacobs in het werkkamp maakte en voorzag van onderhoudende bijschriften. Overleven een kunst belicht aan de hand van Jacobs' tekeningen en andere kunstwerken een vergeten episode uit de geschiedenis van de jodenvervolging. Maar bovenal is dit het verhaal van een overlever die tegelijk een levenskunstenaar is.